donderdag 8 februari 2018

De omslagdoek van tante Zoet

Tijdens ons onderzoek in het Zeeuws Museum valt op hoe enorm mooi en verfijnd de stukken zijn die we onder ogen krijgen. De meeste kledingstukken uit het depot zijn gebreid van zeer dunne wol of zijde en gemaakt met de meest ingewikkelde breitechnieken en steken. Bij één paar labedissen krijgen we het zelfs níet voor elkaar om de breisteek te ontcijferen.. Hoe we ook blijven puzzelen, we komen er gewoonweg niet uit! Kunnen we de conclusie trekken dat onze breiende voormoeders allemaal vaardigheden bezaten waar wij tegenwoordig niet meer aan kunnen tippen?

De vraag of alle vrouwen vroeger van die mooie en ingewikkelde brei-en haakwerken maakten, om zo met hun kennis en vaardigheden te pronken, kunnen we meteen weer onderuit halen. Naast al dat prachtige en verfijnde handwerk komen we in de diverse depots ook breiwerk tegen waarvan we zeker weten dat de maakster ofwel niet zoveel handigheid bezat in breien en haken, ofwel niet veel tijd had om dit te doen. We vinden behoorlijk wat doekjes die met veel pijn en moeite in een eenvoudige ribbelsteek in elkaar gevrochten zijn, maar ook bijvoorbeeld vreselijke borstrokken van grove wolsoorten waarvan de tranen je in de ogen springen!

Nee, lang niet alle vrouwen waren – net als tegenwoordig – liefhebbers van het edele handwerk: breien (en in mindere mate haken) was iets wat gewoonweg gedaan móest worden met alles wat voorhanden was om jezelf, je man en kinderen in de kleren te steken!
Geen wonder dat jonge meisjes al op vroege leeftijd geleerd werd om tijdens de lessen in Nuttig Handwerken de meest elementaire breisteken en sokken te breien, om op die manier mee te kunnen helpen de vaak grote gezinnen te voorzien van warm goed.

Lagere School Meliskerke 1935

Tijdens een verjaardag in de familie hoor ik dat één van de tantes een originele doek van tante Zoet in haar bezit zou hebben gehad. Ik ben erg verrast, ik wist niet dat er nog íets van haar spullen bewaard was gebleven; tante Zoet is inmiddels bijna ruim 25 jaar overleden. Op foto’s valt op dat tante Zoet vaak een lange, eenvoudige grijze omslagdoek om de schouders heeft.



Bij nader speuren tussen de familiefoto’s zie ik dat ook haar moeder Jewanne, mijn overgrootmoeder, een voorliefde had voor dit soort eenvoudige lange doeken. Omdat mijn voorouders arme, hardwerkende landarbeiders waren kan ik me goed voorstellen dat zij weinig tijd en energie hadden om ingewikkelde kledingstukken te breien: hun breiwerk moest hoogstwaarschijnlijk gewoon zijn doel dienen en behaaglijkheid bieden!


Een bezoekje aan ome Jaap brengt uitkomst. Jawel, hij heeft de doek van tante Zoet in de kast liggen. Mijn vorig jaar overleden tante lag er graag onder tijdens haar ziekbed. En nu is kleindochter Ashley degene die er dol op is! Wat prachtig dat deze doek nog steeds gekoesterd en gebruikt wordt!

De foto waarop tante Zoet in een tijdschrift pronkt lieten we al eerder zien. En nu ik de grijze doek van tante Zoet in mijn handen heb herken ik hem meteen!


De doek van tante Zoet is een heel eenvoudige doek. Recht toe, recht aan. Gebreid in een grijs wol-acryl mengsel. Groot, warm en behaaglijk. De tand des tijds heeft er zijn sporen op nagelaten.. en dat mag ook! Ik neem de doek mee naar de boerderij van een andere tante. Ook zij was dol op tante Zoet. Bijzonder dat ik daar nu de foto’s kan maken.








Naast al het prachtige en ingewikkelde breiwerk dat op ons pad komt vinden we het bij dit project ook belangrijk om het eenvoudige breiwerk te laten zien. Gemaakt door gewone boeren- en arbeidersvrouwen voor dagelijks gebruik. Geen pronkstukken, geen bijzondere technieken of verfijnd handwerk. Breiwerk dat gebreid is om zijn doel te dienen: de draagster warmte en behaaglijkheid bieden!

5 opmerkingen:

arga zei

U zegt: wol/acryl mengsel, dat roept de vraag bij mij op: waren de doeken vroeger 100% wol en van wanneer is deze gemengde doek?

Zeeuwse visserstruien zei

Acrylvezels zijn ontwikkeld in de jaren dertig van de vorige eeuw, maar een vezel als rayon is al ontwikkeld eind van de 19e eeuw. In hoeverre deze materialen ook al snel beschikbaar waren voor de plattelandsbevolking is niet duidelijk. Tot die tijd werd met natuurvezels gebreid die meest voorhanden en betaalbaar waren. (wol, linnen, en later ook katoen). Aan de hand van de foto's schat ik dat deze doek van circa jaren 70 is.

arga zei

Dank voor uw reactie.
Hoewel ik van de (latere) jaren dertig ben heb ik nooit geweten dat er al zo lang kunstvezels voor huishoudelijk gebruik waren. Wel in de vijftiger jaren toen de garens van 3Suisses populair werden. Overigens, leuk te lezen over uw speurtocht naar het handwerkverleden van de hardwerkende oude garde.

De Breimeisjes zei

Wat ontzettend leuk en interessant! Geweldig dat deze doek nog steeds dienst blijkt te doen! En de foto's zijn ook weer prachtig :-)
Groetjes,
Akkelien

José Verkerk zei

Wat een mooie omslagdoek! Ik zou hem graag breien, is er een patroon van?