maandag 16 maart 2020

Zeeuws Weerzien

Hebben we jullie al eens verteld over onze bijdragen aan de krant Zeeuws Weerzien? Sinds het proefnummer in 2018 zijn we hier al bij betrokken; hoog tijd dus om er een berichtje aan te wijden!


Zeeuws Weerzien is een gratis krant vol verhalen over het Zeeland van de vorige eeuw: van oude krantenartikelen tot columns van hedendaagse schrijvers. Om zelf te lezen, maar vooral als aansporing om samen met anderen herinneringen op te halen. De krant is bedoeld voor 'oud en iets ouder'.

In het voorjaar van 2018 werd onze stichting benaderd met de vraag of we interesse hadden om een handwerk-item te gaan verzorgen voor deze nieuwe, gratis kwartaalkrant. Met deze vraag gingen we graag aan de slag! Omdat onze patronen altijd geworteld zijn in het Zeeuwse culturele erfgoed kunnen we interessante verhaaltjes leveren, en achtergrondinformatie geven over handwerkzaken uit het verleden maar.. altijd met een link naar de toekomst.

Het onlangs uitgekomen voorjaarsnummer van 2020 heeft als thema 'verdwenen veerdiensten'. Daar past een gebreid vissersmutsje natuurlijk perfect bij - je weet wel, zo'n kort mutsje dat net tot boven de oren komt. We bedachten deze mutsjes al eerder en verkochten ze een aantal jaar geleden, gebreid en al!


Speciaal voor Zeeuws Weerzien maakten we er nu een vernieuwd patroon van. Wil je graag zo'n mutsje breien? Het patroon is te koop in onze webshop, of gratis bij aankoop van garen in de winkel van Jeanet in Arnemuiden. Het mutsje in het krantenartikel is gebreid met het motief van een visserstrui uit Yerseke, maar er is ook een variant met een motief uit Vlissingen beschikbaar.. aan jou de keus!

zondag 8 maart 2020

Maten en meten


Bij het namaken van originele gebreide en gehaakte stukken uit de Zeeuwse streekdrachten lopen we regelmatig tegen ‘uitdagingen’ aan. Zo bogen we ons in het begin van dit project bijvoorbeeld over de vraag over hoe om te gaan met foutjes in originele stukken. Na al het ‘gedoe’ met de beschrijving van Avonddoekje Wanne hebben we daar al snel een duidelijk standpunt over ingenomen. 

Een ander ‘ding’ waar we soms lang en uitvoerig over brainstormen heeft te maken feit dat kleding vroeger precies ‘pas’ werden genaaid, gehaakt of gebreid. Er bestonden geen confectiematen in boerenkleding, dus al helemaal geen standaardmaten. Hoe bereken je dan de maten van replica kledingstukken voor de patronen die we ontwikkelen?

De meeste kleding in Nederland wordt verkocht in de confectiematen 34 tot 46, in veel winkels worden ook de maten S t/m XL gehanteerd. Bij het namaken van een gebreid werkvestje kun je redelijk eenvoudig de maat bepalen aan de hand van een kledingstuk uit de confectie. Een maatje kleiner of groter is dan ook best eenvoudig uit te rekenen.

Bij het ontwikkelen van het patroon van een paar gehaakte labedissen is het toch allemaal wat lastiger dan in eerste instantie gedacht. Armen hebben van zichzelf geen maat, er is geen referentiekader waar je originele labedissen aan kunt toetsen. Door het paar te passen krijg je wel ongevéér een beeld welke maat het zou moeten worden.