Over echte tragedies
wordt niet gesproken. Daarover zwijg je. Wonden die te groot zijn om gedragen
te worden, worden toegedekt om te vergeten. Om te overleven. Verdriet dat té
groot is, kan geen uitweg vinden bij mensen die meemaakten, bij hen, die verder
moeten leven met smart, diepe pijn en onuitspreekbaar leed.
Als generaties ademtocht voor ademtocht voortschrijden; als zij,
die er bij waren en in diepe stilte rouwen steeds ouder worden, en als zonen en
dochters, kleinzonen en kleindochters geen vragen stellen, dan kan het zó maar
gebeuren dat mensen en gebeurtenissen verdwijnen in de mist van de tijd.
Onherroepelijk. Nooit verhaald is nooit geweest, heeft nooit bestaan.
Verlorenen zijn zij, voor altijd kwijt. Vervaagd in de mist van de
onbekendheid.
Wíe kent Sentina nog? Wíe weet nog haar verhaal? Van alle honderdzevenenvijftig
mensen die omkwamen bij de verwoesting van Westkapelle in 1944 was Sentina er
één van. Sentina was een dochter, een zus, een echtgenote en moeder van vier. Ze
was de oudste uit een groot arbeidersgezin. En, zoals gebruikelijk werd ze niet
bij haar doopnaam genoemd, maar Tine. Gewoon Tine.
Tine werd geboren op 23 september 1900 en zij overleed op 3
oktober 1944. Kale feiten, die vertellen dat ze slechts vierenveertig jaar oud
is geworden. We zien Tine op een officiële pasfoto. Een wat vermoeid ogende
vrouw kijkt met een enigszins starre blik in de verte. Wie was zij? Wie was zij werkelijk? En waarom kennen wij
haar verhaal niet?
Ja, we weten wanneer, en ook hóe ze stierf. Maar we weten niet wat voor vrouw en moeder ze was. Of ze zorgzaam was voor haar drie jongens en kleine meisje. Of ze gelukkig was in haar huwelijk met Simon; of ze driftig kon worden, of juist zachtaardig was. Praatte ze veel, of had ze misschien niet zo heel veel te vertellen…? Waar werd zij blij van? Wat raakte haar écht?
In de tijd dat de mensen die haar gekend hebben nog in leven
waren hebben wij verzuimd vragen te stellen. Men sprak nooit over de dierbaren
die verloren waren gegaan, toch hadden we tóen de kans. Maar.. niet gegrepen.
Sentine, haar Simon en hun vier kinderen Jan, Boord, Pieter
en Johanna zijn op gruwelijke wijze aan hun eind gekomen. Samen met veertig dorpsgenoten
verdronken ze in molen ‘De Roos’. Die verhalen zijn uiteindelijk opgetekend. En
naverteld. Nee, niet direct nadat het gebeurd was. Toen was het leed veel te groot.
Zij, die nog over waren probeerden te overleven in een verwoeste wereld, in
shock om alles wat verloren en kapot was gegaan. Waarbij het verlies van spullen
en bezittingen geheel in het niet viel bij het verlies van zo veel geliefden.
Pas héél veel later is men vragen gaan stellen. Heel
voorzichtig. Naar de persoonlijke belevenissen van hen, die de verwoesting hadden
overleefd. En zo’n zestig jaar later pas deelden enkele van hen, die altijd
gezwegen hadden, hun herinneringen schoorvoetend met de mensen van nu, zodat
‘het’ niet vergeten zou worden.
Ze spraken over waarschuwingspamfletten die verspreid werden,
waarop vermeld stond dat men moest vluchten omdat de dijk gebombardeerd zou
worden door de geallieerden. Over de onzekerheid, de angst, de vraag waarheen
men vluchten kon. Dat zevenenveertig mensen dachten veilig te zijn in de kelder
van de molen, totdat die door een bom getroffen werd en instortte. Waarna vervolgens
de dijk gebombardeerd werd en ze als ratten in de val zaten opgesloten, in die
ingestorte, donkere koude molen.. Eén voor één verdronken ze door het binnenstromende
water. Ontsnappen was niet mogelijk. Slechts drie mensen overleefden deze hel.
Tine, Simon en hun kinderen overleefden niet. Net als Tines
zuster Maatje, die diezelfde dag omkwam tijdens de bombardementen op het dorp,
samen met haar kindje van nog geen jaar.
Tines familie is deze verliezen nooit te boven gekomen. Ze
rouwden de rest van hun leven, in stilte.
Tines aanwezigheid verdween als een geest naar de
achtergrond, maakte geen deel meer uit van de familieverhalen. Alleen de naam ‘Sentina’ bleef binnen haar familie voortbestaan; een
stille getuige van een vrouw die vervaagde in de mist van de tijd.
Als eerbetoon aan de vrouwen die omkwamen tijdens de bevrijding
van Walcheren zijn drie blokken naar hen genoemd: Sentine, Tine en Martina.
Blok Sentina
Blok Tine
Blok Martina
Op 1 november herdenken wij de bevrijding van Walcheren in 1944
en de vele, vele militaire- en burgerlevens die onze vrijheid toen heeft gekost.
en de vele, vele militaire- en burgerlevens die onze vrijheid toen heeft gekost.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten